Print deze pagina

De “boerderijenlijst” van Gerard Adolf Bentinck

Beoordeel dit item
(0 stemmen)

Omschrijving

De “boerderijenlijst” van Gerard Adolf Bentinck
15 februari 1664

  • Title De “boerderijenlijst” van Gerard Adolf Bentinck
  • Source Landesarchiv Nordrhein-Westfalen Abteilung Westfalen, Sammlung F.F. von Raet von Bögelscamp nr. 99
  • Date 15-02-1664
  • Datum [jaar] 1664
  • Contributor Matthijs Wanrooij
  • Format Image, Text
  • Item type Document
  • Identifier AHB/41
  • Gepubliceerd in Gerard Adolph Bentinck van 1660 tot de tweede Münsterse oorlog

Context

[...] Maar na het overlijden van Everhard veranderden de machtsverhoudingen in Breklenkamp ingrijpend en Gerard Adolph moest alle zeilen bijzetten om zijn bezittingen te verdedigen. Door de overdracht van de Scholtenhof aan Twickel werd Van Raesfelt markerichter en, zoals gezegd, in 1660 ook nog drost van Twente. Weinig bleef er over van de rust in de marke zoals die er was geweest voor zijn komst. Zo was er de op de Scholtenhof wonende boerenfamilie Scholten, die drie generaties lang door de Bentincks was ondersteund. Daardoor was een schuld ontstaan van in totaal 870 gulden en 7 stuivers, zo’n groot bedrag dat Scholten het vrijwel niet meer kon terugbetalen. De jonge Lambert Scholten zou gaan trouwen met een rijke vrouw en in verband hiermee was met Gerard Adolph afgesproken dat de bruidsschat zou worden aangewend om de schuld af te lossen. Maar na de overdracht van de Scholtenhof aan Twickel begon Lambert Scholten plotseling problemen te maken over de afbetaling van de schuld en Gerard Adolph zag zich gedwongen te gaan procederen. Uiteindelijk moest Lambert voor het stadsgericht Ootmarsum beloven de schulden van zijn vader met de bruidsschat van zijn aanstaande vrouw te betalen, maar die belofte kewam hij niet na. Het proces sleepte zich jaren voort, totdat Gerard Adolph uiteindelijk het stadsgericht moest verzoeken beslag te leggen op de tot de bruidsschat behorende goederen. Een andere plaag voor de Bentincks waren de jarenlange pesterijen van enkele boeren, die oude rechten van Bentinck in de marke gingen aanvechten. Dat begon omstreeks 1662 en hoewel het allemaal niet veel gevolgen had en de rechten in redelijkheid niet betwistbaar waren, moest Gerard Adolph zich wel steeds weer tegen de aantijgingen verdedigen. Nergens kon de hand van Van Raesfelt openlijk worden vastgesteld, maar deze gebeurtenissen in de marke Breklenkamp zouden zonder zijn beïnvloeding ondenkbaar zijn geweest. [...]

Transcript

Consideratien voor Jr Bentinck tot wederlegginge eeniger Brecklincamper boeren haere onfactsoenlijcke Sustinue

T is meer als bekent, bij Leenbrieven, Maechscheidinge, ende andere ontallicke documenten van de jaeren 1400 ende 1500, tot deesen tijt toe dat Jr Bentinck sijn Havesaete, der Moerbecken haer eenige Havesaete in Overisel, voor die jaeren 1629 gevrijet, ende altoos een volgewaert goet in Brecklincamp is geweest, soo groot belandet als eene der andere erven, als blijckt bij olde registeren


Is alsoo de Havesaete eene waer)
Heerspinck een halve waer        )
Albrinck eene waer                    )
Goossinck eene waer                 )   3 ½ w.

Daer bij tijden van Jr Everhard
Bentinck neffens de Havesaete seeven
Uijtdrijften sijn op geweest.
Als Hermen Nijhoff daernae Berent
ende Mette                                           1
Wolter Goossinck daernae Huiskes
Hermen                                                1
Lambert Alberinck                               1
Gese Alb: daernae Engelbert               1  
Wolter daernae Hermen                       1
Teijte                                                    1
Geert Olijslaeger nu Huiskes Hermen  1
                                                  _______
                               Uijtdrijften             7 

Tegenwoordich heeft Jr Bentinck
op deze vierdehalve waer niet meer
als vier Uijtdrijften, te weten.
Lambert Alberinck-----------1
Engelbert----------------------1
Coopman----------------------1
Huiskes Hermen--------------1
                                 _________
             Uijdrijften               4

Voor twee jaeren heeft Jr Bentinck
een huis afgebrooken ende het selve
aen sijnen Meijer LooGeert diens huis
afgebrant waer, gedaen: waer voor hij
nu wederom int selve landt dit huis
setten will om voor de vijfde uijtdrift
de Marcke te genieten ende heeren-
lasten te betaelen.
Manqueeren alsoo naer voorige waer-
tallen noch twee uijtdrijften, welcke
boven voorige noch notoorlijck vrij-
staen naer believen te besetten.
  
Hier bij staet te noteeren, dat andere Goetheeren haer Erven, verscheiden booven haer waertallen uijtdrijften hebben In specie Frenswegen op 1 ½ waer geeven Te weeten; Broeckman 1. Pletgeert sijnde de lijftucht van Broeckmans Erve (---) (---)  2. Tewes jonge Broeckman 3. Broeckmans jenne 4. Luttikervelt 5. het Lijftochtshuis. 6. ende Hendrick met Swenne int Backhuis. Uijtdrijften Seeven.
Noch te nooteeren dat genoechsaem bewijslijck, op voorgenoemde 3 ½ waer, voor meer als 100. 90. en 80. jaeren sijn geweest wel negen a tien uijtdrijften, waer bij, eene Tij Beerent bewoont heeft, in die paerdeweide achter Meiers gaerden, twelcke uijtdrijft jr Moerbeeke Sahl. op sijn Havesaete woonende, booven sijne doemaels hebbende waertallen, van die gemeine boeren, als een besondere kottersteede heeft gekocht; waer teegen doenmael die andere Goetheeren op een holtinck (---) (---) geprotesteert hebben; maer heeft dies niet tegenstaendes de wooninge gecontinueert ter tijt die door den Oorlog is geruineert.

Logeert ende Voswinkels wooningen sijn, luit versegelinge, verkocht met het selve recht in de Marcke, als andere Brecklincamper boeren, moogen alsoo oock lijftochtshuisen hebben als andere maer sijn noch niet besettet.
Jr Bentinck sijn andere Erven en Kotters, als Nijhoff, Warsinck Rijckerman, Soerman, Dolmer, Grijp, ende Oortman hebben het recht neffens andere, daer meede sich Jr Bentinck geerne wil laeten contenteeren, verhopende dat andere oock niet meer sullen begeeren als wat in Billickheijt en (---) kan bestaen.

Gerelateerde items (op tag)