Print deze pagina

Brief van wayer aan adriaan van camont

Beoordeel dit item
(1 Stem)

Omschrijving

Brief van Wayer aan Adriaan van Camont
Zwolle, 13 juni 1649

  • Title Brief van wayer aan adriaan van camont
  • Source HCO - Historisch Centrum Overijssel, Wayerania nr. 22
  • Date 13-6-1649
  • Datum [jaar] 1649
  • Contributor M.A.M. Wanrooij
  • Format Image, Text
  • Language2 nederlands
  • Item type Document
  • Identifier AHB/19
  • Gepubliceerd in Uit de correspondentie van Arnold Waeijer 1649-1660

Context

Context uit het boek:

[...] Gerard Adolph zag net als zijn vader in de Münsterse bisschop Ferdinand van Bayern en zijn opvolger Bernard van Galen lichtende voorbeelden. De zeer streng in de leer zijnde Ferdinand van Bayern was in 1612 benoemd tot aartsbisschop van Keulen en vorstbisschop van Hillesheim, Luik en Münster. [...] Waarschijnlijk kende de bisschop al in die tijd de familie Bentinck van Breckelenkamp persoonlijk. Dat blijkt onder meer uit een missie die Everhard in 1649 voor hem uitvoerde, beschreven in een brief van 13 juni van dat jaar van Waeijer aan Adriaen van Camont. Begin juni had een delegatie van de bisschop in Den Haag pogingen ondernomen om het ambt Lingen van de prins van Oranje te kopen en tegelijkertijd het al jaren door de prins bezet gehouden ambt Bevergern weer terug te krijgen. Aan de Staten werd beloofd dat Münster daartegenover bereid zou zijn goede regelingen te treffen met betrekking tot een aantal grenskwesties en de prins, die in die tijd geldgebrek had, kreeg een flink bedrag aangeboden. Toen de zaak bijna in kannen en kruiken leek te zijn ontstond er veel verzet tegen de plannen, vooral onder de predikanten van Lingen. Er werd op de prins ingepraat, die er daardoor van overtuigd raakte dat de waarde van Lingen en Bevergern veel hoger was dan hem door de gezanten van Münster was voorgespiegeld en dat er veel meer opbrengsten uit konden komen. Toen de prins van mening leek te zijn veranderd zond de bisschop in allerijl een aantal nieuwe onderhandelaars naar Den Haag, onder wie Everhard Bentinck. Over deze episode handelt de brief van Waeijer: ‘Hier is den Classis van ontrent 50 predicanten geweest (...) onder anderen mient men wegen t ampt van Lingen / dat syn Hoogheyt aen de Heeren van Münster voor 20 tonne gouts soude vercoght hebben / tot wiens vernietinge onses Everhardus met eenige onderweg van haer gedeputeert / naer den Hage verreijst is / oversulx sommige seggen dat den coop wederom af is / anderen seggen contrarie / so dat t en niet seeckers van te schrijven en is.’58 Deze cryptische regels lijken voor tweeërlei uitleg vatbaar te zijn, maar bij nadere beschouwing is wel duidelijk dat ‘tot wiens vernietinge’ op de prins slaat die de koop terugdraaide. [...]

Transcript

Mijn Heer

Twee missiven heeft J. Bentinck aen Twenhuijsen gesonden. Een eersten ginck aen de copinge der Schapen / gelijck deses bijgaenden sal getuijgen. Een anderen was wegen syn E. Soon die t huijs wel diende te comen / so uijt desen ingeslotenen mede sal blijcken. Voorts tot nieuws / dat den voorsz. Twenhuijsen met de meeste van de familie eenige weecken in Brabant geweest is / maer en heeft van de eenen stadt in den anderen niet connen comen / om de menighte der chrijs-lieden / die niemant ontsagen noch geestelijck / noch wereltlijck / maer hebben de selve naer gelegentheijt gespolieert (= beroofd) / dies hebben sy haer altijt gehouden binnen Antwerpen / en weinige dagen binnen Brussel / naer Leuven ofte elders te gaen / dorsten sij niet wagen.
  Hier leven wij oock / doch is een ander perijckel. hebben voor desen gemelt van mijn B.U. (?) / die van Schout ende Dienaer gevonden wierde / hebbende den scheijt-dranck op de hant / overmits eenige vrienden haer afscheijt quamen nemen. Evenwel liepen sy na de Magistraet sulx verhalende / en of sy oock wederom souden gaen om hem te halen. dat afgeslagen wierde. So daer ijet (=iets) andersgeschiet hadde geweest / ten soude so wel niet afgelopen hebben, mits hier de vervolginge weer toeneemt / also dat gisteren hier de placcaten tegen ons oock aengeslagen sijn. Hier is den Classis van ontrent 50 predicanten geweest die vele etc. onder anderen mient men wegen t ampt van Lingen / dat syn Hoogheyt aen de Heeren van Münster voor 20 tonne gouts soude vercoght hebben / tot wiens vernietinge onses Everhardus met eenige onderweg van haer gedeputeert / naer den Hage verreijst is / oversulx sommige seggen dat den coop wederom af is / anderen seggen contratie / so dat t en niet seeckers was te schrijven en is.
  Gisteren is de Drostinne de bruijt geweest J. Van den Camps Moeder is overleden. Hier
mede gebiede ick mij aen U.E. syn E. Huijsvrouwe / kinderen / ende andere bijwesende Vrienden.
                Mijn Heer
                      U.E. Omoedigen
      ende Getrouwen Dienaer
   A.Wayer

Gerelateerde items (op tag)