Print deze pagina

Brief van Gerard Adolph Bentinck aan Wayer

Beoordeel dit item
(0 stemmen)

Omschrijving

Brief van Gerard Adolph Bentinck aan Wayer
Breckelenkamp, 6 augustus 1659

  • Title Brief van Gerard Adolph Bentinck aan Wayer
  • Source HCO - Historisch Centrum Overijssel, Wayerania nr. 015
  • Date 06-08-1659
  • Datum [jaar] 1659
  • Contributor Matthijs Wanrooij
  • Format Image, Text
  • Item type Document
  • Identifier AHB/27
  • Gepubliceerd in Uit de correspondentie van Arnold Waeijer 1649-1660
Getagged onder

Context

[...] Op 4 augustus 1659 overleed Everhard, de eerste Bentinck van Breckelenkamp, na een kort ziekbed. Twee dagen later schreef Gerard Adolph een brief aan Waeijer om hem op de hoogte te brengen: ‘Ick kan niet laten U (...) onse droefheit t adverteren, hoe het Godt Allemachtigh beliefft heeft mijnen seer lieven vader verleden Donderdagh ’s avonts omtrent 9 uhren, (...) niet mehr als sess dagen kranck gewest zijnde; als in eenen soeten slaep, van dese bedroeffde werelt te beroepen. (...) ick wenschte van herten dat U (...) hadden gesien ende gehoert die mehr als Vaderlicke lieffde ende affectie in zijn uijterste ahn mijn (Allerliefste) ende onse twee kinderkens met suchten ende tranen betoont; ick wil U(...) verseeckeren dat het scheiden van mijn vader ahn mijn Allerliefste swaerder valt als van haeren eigen vader, die leste woorde waeren, och wat sijt ghij mij altijt eene goete ende lieve Dochter gewest.’65

Everhard had heel wat tot stand gebracht. Ten tijde van de familie Moerbecke hadden de bezittingen nog overal verspreid gelegen, maar het was hem gelukt om het landgoed uit te breiden en er een eenheid van te maken; onder meer door de aankoop van belangrijke erven in de omgeving van het Huis. Zo was een omvangrijk goed ontstaan dat in de eeuwen die volgden nauwelijks meer zou veranderen. Tot het begin van de twintigste eeuw zouden de bezittingen bij elkaar blijven, pas daarna zou het goed uiteenvallen door het uitsterven van de familie Zegers. Everhard had ook de grondslag gelegd voor de uitbreiding van het Huis, waarna het door de verbouwingen van zijn zoon uiteindelijk uitgroeide tot een van de grotere huizen in Twente. Hij had zich een goed bestuurder betoond, gedurende een lange en moeilijke periode had hij het markerichterschap van Breklenkamp bekleed en daarnaast was hij roulerend markerichter van Lattrop en Tilligte geweest. [...]

Transcript


Mijn Heer

Ick kan niet laten U:Ehrwe onse droefheit t adverteren, hoe het Godt Allemachtigh beliefft heeft mijnen seer lieven vader verleden Donderdagh 's avonts omtrent 9 uhren, nae dat sijn welE: seer Christelick ende met goet verstant alle kercken rechten hadde entfangen niet mehr als sess dagen kranck gewest zijnde; als in eenen soeten slaep, van dese bedroeffde werelt te beroepen, tot wiens zielen behulp ick versoecke U.Ehrwe gelieven tien missen te lesen, ick hebbe niet gemanquiert 't selve nae mijne kindtlicke schuldige lieffde op verscheiden plaetsen te bestellen. verhoopende dat soo eenen goeden vader bij den Goeden Godt sonder vertoeff sal Gnade vinden ende die Hemelsche vreughde genieten, ick wenschte van herten dat U:Ehrwe
hadden gesien ende gehoert die mehr als Vaderlicke lieffde ende affectie in zijn uijterste ahn mijn Allerle (Allerliefste) ende onse twee kinderkend met suchten ende tranen betoont; ick wil
U:Ehrwe verseeckeren dat het scheiden van mijn vader ahn mijn Allerliefste swaerder valt als van haeren eigen vader, die leste woorde waeren, och wat sijt ghij mij altijt eene goete ende lieve Dochter gewest, ick worde beweeght dat ick niet mehr kan schrijven, als alleen onse familie in U:Ehrwe devotie altijt recommandierende te verblijven
            Mijn Heer
                    U:Ehrwe obligierenden vrient
                    en Dienar
    G A. Bentinck

Gerelateerde items (op tag)